Beleidsplan Ingwert 2012

BELEIDSPLAN VAN DE PROTESTANTSE GEMEENTE INGWERT
(Raerd-Flansum-Abbenwier-Poppenwier)
versie 2 (maart 2012)

INHOUDSOPGAVE

1.             INLEIDING

2.             DE GEMEENTE EN HAAR OMGEVING
2.1            Geschiedenis en karakter
2.2            Kernfuncties
2.3            Ontwikkeling ledental en financiële situatie
2.4            Samenwerking

3.            KERKENRAAD EN PASTORAAT
3.1            De predikant
3.2            De ouderlingen
3.3            De diakenen
3.4            De kerkrentmeesters
3.5            De gemeenteleden
3.6            Gespreksgroepen

4.             FINANCIEN

5.             HET KERKGEBOUW

6.             DE EREDIENST

7.             DE ROL VAN DE KERK IN HET DORP

8.             WERKPLAN

 

1. INLEIDING

Vijf jaar na het tot stand komen van het eerste beleidsplan (toen nog van de Hervormde Gemeente Raerd-Poppenwier) ziet met dit document de tweede, geheel herziene versie het licht. Er hebben zich in de situatie van de kerkelijke gemeente dusdanig grote veranderingen voorgedaan, dat deze herziening noodzakelijk geworden was.

In de eerste plaats is de restauratie van de Laurentiuskerk voltooid. Het is een proces geweest dat bijna drie jaar heeft geduurd en veel ingrijpender was dan we van tevoren konden vermoeden. Het gehele gebouw met de inventaris is gerestaureerd en verschillende onderdelen zijn gereconstrueerd. De vondst van onder andere kapotgeslagen zerken in de grafkelders en een draperieschildering boven het orgel heeft ervoor gezorgd dat de kerkruimte qua uitstraling teruggebracht is naar de situatie van rond 1900. Daarnaast heeft het gebouw een nieuw verwarmingssysteem gekregen evenals stromend water, waardoor een keuken en een toilet geplaatst konden worden. Al deze zaken hebben de gebruiksmogelijkheden van de kerk flink vergroot. Het aantal kerkgangers is na de heringebruikname van de Laurentiuskerk iets toegenomen.

Een tweede belangrijke verandering is de fusie met de Hervormde Gemeente van Irnsum, eind augustus 2011. Er is daardoor een nieuwe kerkelijke gemeente ontstaan, die de naam Protestantse Gemeente Ingwert heeft gekregen. De naam is ontleend aan het voormalig Franciscaner klooster onder Poppenwier. Het speciaal voor de nieuwe gemeente ontworpen ‘kerkzegel’ laat een afbeelding zien van een Christuskop op een onderdeel van een 8e-eeuwse gesp, dat in het voorjaar van 2010 bij opgravingen in de Laurentiuskerk is gevonden.

Door de fusie zijn de buurtschappen Flansum en Abbenwier aan de kerkelijke gemeente toegevoegd. Ook zijn de bezittingen van de beide hervormde gemeenten samengevoegd, hetgeen gezorgd heeft voor meer financiële armslag. Teleurstellend was het besluit van de classes Leeuwarden en Franeker om het dorp Jirnsum te laten fuseren met de Protestantse Gemeente van Grou. Nieuw ingekomenen zullen daardoor automatisch onder deze laatste gemeente vallen.

De derde verandering is de verkleining van de betrekkingsomvang van de predikant, doordat hij begin 2009 ook een halve baan in de Hervormde Gemeente van Reduzum c.a. aanvaard heeft. Dat heeft vooral gevolgen voor de planning van de kerkdiensten in de combinatie.

Deze veranderingen dwingen ons om na te denken over de nabije toekomst van onze kerkelijke gemeente en het kerkgebouw. Een beleidsplan biedt daarvoor een goed handvat. Uitgangspunt bij het opstellen ervan is voor ons geweest de structuur die geboden wordt in het werkboek Bronnen voor beleid, uitgegeven in 2004 door het Protestants Landelijk Dienstencentrum in Utrecht. Voor ons project hebben we de 4e herziene druk uit maart 2006 gebruikt. Uiteraard borduren we ook voort op de inhoud van ons eerste beleidsplan uit 2007/2009.

Het is de bedoeling om dit beleidsplan jaarlijks te evalueren en eventueel aan te passen. Aan het beleidsplan is een plan van aanpak toegevoegd, waarin concrete initiatieven zullen worden geformuleerd, die ertoe bij moeten dragen dat onze kerkelijke gemeente levensvatbaar blijft en een duidelijke functie in dorp en regio kan blijven vervullen.

De cijfers in het beleidsplan tussen haakjes verwijzen naar het betreffende punt in de laatste paragraaf, het werkplan.

 

2. DE GEMEENTE EN HAAR OMGEVING

In deze paragraaf zeggen we eerst iets over de historische achtergrond van onze kerkelijke gemeente. Deze geschiedenis is onlosmakelijk verbonden met het karakter van de gemeente.

Vervolgens gaan we in op de kernfuncties die onze kerkelijke gemeente in onze ogen heeft of zou moeten hebben. Dan gaan we kort in op de financiële situatie en het aantal gemeenteleden. We eindigen deze paragraaf met iets te zeggen over vormen van samenwerking die er (mogelijk) zijn.

 

2.1 Geschiedenis en karakter
Op de terp in Raerd staat al sinds de middeleeuwen een kerkgebouw. Tot 1814 was dat een eenbeukige kerk met een zadeldaktoren. Deze kerk werd in dat jaar afgebroken en vervangen door een gebouw met een spitse toren, dat in 1815 in gebruik werd genomen. De oudste zerken in de kerk, waaronder die van Ada Jonghama, dateren nog uit tijd voor de reformatie. Na de reformatie werd het een protestantse kerk, die al vanaf de 19e eeuw gekenmerkt werd door een vrijzinnig karakter. In Raerd woonden ook wel rechtzinnigen, maar de vrijzinnige stroming was en is er dominant. Rechtzinnigen die hier moeite mee hadden, gingen in het verleden naar Oosterwierum om daar te kerken. Gereformeerden kerken sinds jaar en dag in Tersoal.

De voormalig Hervormde Gemeente van Jirnsum had een vergelijkbaar karakter. Hervormde gemeenteleden die zich hier minder thuis voelen, kerken in Akkrum. Gereformeerden uit het dorp hebben aansluiting gezocht bij de kerk van Grou. Dit heeft in 2010 geresulteerd in een fusie tussen de gereformeerde kerk van Grou-Irnsum en de Hervormde Gemeente van Grou. Daardoor is een PKN-gemeente ontstaan, waarvan ook het dorp Jirnsum deel ging uitmaken.

De vrijzinnigheid heeft in Raerd en Jirnsum grote invloed op de kerkgang. De laatste vijftig jaar woonden enkele tientallen gemeenteleden de zondagse dienst bij. De laatste jaren waren dat er gemiddeld zo’n vijftien, van wie ongeveer driekwart uit Raerd/Poppenwier afkomstig was. De rest van de kerkgangers kwam uit dorpen waarmee onze kerkelijke gemeente een combinatie vormt (Huins, Leons, Mantgum, Dearsum en – tot vorig jaar – Jirnsum). Het aantal kerkgangers in Jirnsum is de laatste jaren gedaald tot onder de tien. Ook lukte het niet meer om ambtsdragers te vinden. Redenen voor deze gemeente om aansluiting te zoeken bij de Hervormde Gemeente van Raerd-Poppenwier.

Opvallend is dat er wat betreft het totale aantal kerkgangers niet zo veel verschil is met bijvoorbeeld de jaren zestig. De toenmalige predikant vulde voor de Vereniging van Vrijzinnig Hervormden overzichten in en daarop vermeldde hij dat er toentertijd gemiddeld achttien kerkgangers per zondag waren. Daarbij moeten we wel opmerken dat deze waarschijnlijk alleen uit Raerd afkomstig waren en dat er toen nog elke zondag een kerkdienst was.

Van invloed op de kerkelijke gemeente zijn  zeker ook de sociale verschillen die eind 19e, begin 20e eeuw bestaan hebben. Oudere gemeenteleden weten zich nog goed te herinneren hoe degenen die steun kregen van de diaconie, er wekelijks van doordrongen werden hoe afhankelijk ze waren van de vermogende leden van de kerkelijke gemeente. Zo stonden de ‘armen’ links en rechts van het kerkpad opgesteld, als de ‘rijken’ ’s zondags het kerkgebouw betraden. Pas daarna mochten eerstgenoemden naar binnen.

Het socialisme kon mede vanwege die situatie vaste voet aan de grond krijgen. De sociale tegenstellingen die daardoor duidelijker aan het licht kwamen, hebben de betrokkenheid bij de kerk en het kerkelijk leven ook niet bepaald bevorderd. Dit geldt overigens niet alleen voor Raerd, maar is ook kenmerkend voor andere dorpen in de nabije omgeving. We kunnen met recht constateren dat er in Raerd en omstreken geen sprake is van een diep gewortelde betrokkenheid bij kerk en kerkelijk leven.

Anderzijds legt de kerkelijke gemeenschap een zeer open houding aan de dag naar de dorpsgemeenschap. Eigenlijk kunnen we stellen dat er amper grenzen zijn tussen kerkelijk en niet-kerkelijk als het gaat om geboorte, ziekte en overlijden/rouw. Iedere dorpsbewoner die ernstig ziek is of in het ziekenhuis heeft gelegen, krijgt bezoek van de ouderling en wordt een hart onder de riem gestoken met een bloemengroet van de kerk. Wanneer ergens gezinsuitbreiding heeft plaatsgevonden, worden de ouders verrast met een suikerbroodje. Ter gelegenheid van de betreffende geboorte worden de eerstvolgende ochtend de kerkklokken geluid.

Verder streven we ernaar iets te doen, als dorpsbewoners met overlijden geconfronteerd worden, ook al maken ze geen deel uit van de kerkelijke gemeenschap. Dat uit zich in de eerste plaats door het luiden van de kerkklokken op de eerstvolgende namiddag na het overlijden en het sturen van een condoleancekaart. Op de eerste zondag na Allerzielen worden in een gezamenlijke dienst van de combinatie ook niet-kerkelijke overledenen herdacht en worden nabestaande uitgenodigd om deze dienst bij te wonen. Ze kunnen een kaars opsteken en ontvangen een steen, waarop de naam van hun dierbare geschreven staat.

De kersteditie van het kerkblad wordt huis-aan-huis verspreid. De laatste jaren wordt er voor de muzikale ondersteuning en opluistering van de kerstnachtdienst in november en december een koor op de been gebracht, waarvan het grootste deel van de leden geen binding met de kerkelijke gemeente heeft. Dit wordt door iedereen als zeer positief ervaren (werkplan 7.4).

De kerkrestauratie van 2009-2012 heeft ertoe bijgedragen, dat in het dorp een grotere betrokkenheid is ontstaan bij de kerk als monumentaal gebouw.

 

2.2 Kernfuncties
De kernfuncties van onze gemeente hebben we vastgesteld met behulp van Werkblad 7 uit Bronnen voor beleid. Ieder kerkenraadslid is gevraagd een keuze te maken en die te motiveren. Het hoogst scoorde de eerste kernfunctie van het werkblad: open zijn, elkaar aanvaarden. Deze houding vloeit ongetwijfeld voort uit het vrijzinnige karakter van onze geloofsgemeenschap. We willen beslist niet dogmatisch zijn. Voor allerlei verschillende visies moet ruimte zijn, al gaan we uiteraard een stevige discussie niet uit de weg. Een mens is niet alleen verantwoordelijk voor zijn daden, maar ook voor zijn meningen en opvattingen.

Het is niet verwonderlijk dat ‘een gastvrij huis bieden voor jong en oud’ in onze ogen ook een belangrijke functie is. Wie behoefte heeft aan een gesprek of wie een moment van rust zoekt op de zondagmorgen, is van harte welkom. We realiseren ons daarbij, dat juist het feit dat we maar een kleine actieve geloofsgemeenschap vormen, hier wel eens nadelig kan werken. Voor je het weet, wordt het een gesloten groep, waar een ‘buitenstaander’ maar moeilijk toegang toe kan krijgen. Vandaar dat we ernaar streven om gasten op zondagmorgen zich ook werkelijk welkom te laten voelen. Om de betrokkenheid te vergroten drinken we elke tweede zondag van de maand na de dienst van half tien koffie. Elke vierde zondag van de maand is er om 11.00 uur een agapè-viering in het koor. Ook zijn we van mening dat we naar buiten toe duidelijker kenbaar moeten en kunnen maken, dat wie daar behoefte aan heeft, in de kerkelijke gemeenschap een luisterend oor zal kunnen vinden (werkplan 7.3).

Op een gedeelde derde plaats staan ‘omzien naar elkaar’ en ‘maatschappelijk betrokken zijn’. Gezien het voorafgaande is dit niet meer dan logisch. Opgemerkt moet worden dat we het, wat dit betreft, dicht bij huis zoeken. De dorpen (Raerd en omgeving) zijn ons werkgebied. Dan volgen de combinatie waar onze kerkelijke gemeente deel van uitmaakt, en de regio. Maatschappelijke betrokkenheid op nationaal en internationaal niveau uit zich alleen in het steunen van een klein aantal projecten door de diaconie.

 

2.3 Ontwikkeling ledental en financiële situatie
Op papier telt de Protestantse Gemeente Ingwert ruim honderd leden. Begin 2012 zal na de administratieve samenvoeging blijken hoe groot dat aantal precies is. Het achterstallig onderhoud van het ledenbestand van de voormalige Hervormde Gemeente Irnsum zal dan zijn weggewerkt (werkplan 7.1). Bijna de helft van de leden is belijdend lid. Van de ruim honderd leden zijn er zo’n vijftien echt betrokken bij de kerk: ze bezoeken de veertiendaagse kerkdiensten en laten ook op andere momenten hun stem horen. De gemiddelde leeftijd zal rond de zestig liggen: jeugd komt er niet in de kerk. In dit beleidsplan gaan we daarom ook niet afzonderlijk op kinderen en jongeren in. Het is ons er alles aan gelegen volwassenen bij de kerk te betrekken en betrokken te houden. Als zij zich in de kerk laten zien, heeft dat een positief effect op anderen. De jaarlijks terugkerende kerstnachtdienst toont dat aan.

We verwachten niet dat het aantal kerkgangers de komende jaren sterk terug zal lopen. Er is het laatste jaar juist sprake van een kleine opleving, al moet daarbij vermeld worden dat het daarbij vooral gaat om bezoekers van buiten onze eigen kerkelijke gemeente. Het vrijzinnige karakter van onze gemeente en de manier waarop de predikant in de kerkdiensten daarmee omgaat, blijken op dit punt een zekere aantrekkingskracht te bezitten.

De inkomsten van de kerk zijn sinds de fusie in 2011 gestegen, terwijl de kosten gedaald zijn. Dat laatste heeft ook te maken met het feit dat de betrekkingsomvang van de predikant drie jaar geleden van 66% naar 50% is gegaan, omdat hij een halve baan aanvaard heeft bij de Hervormde Gemeente Reduzum c.a.. Voor het betalen van de predikant (Ingwert draagt ongeveer één dag per week bij) en andere primaire kosten zijn we niet direct van de vrijwillige bijdragen van de gemeenteleden afhankelijk. Met pacht- en rente-inkomsten zijn deze zaken grotendeels te bekostigen. Vrijwillige bijdragen blijven wel noodzakelijk, vooral voor bijzondere uitgaven. Zo zijn er de laatste jaren een koperen kandelaar, een nieuwe geluidsinstallatie, een dovenversterker en een stofzuiger van aangeschaft. We kiezen er bewust voor om deze bijdragen niet te innen via ‘Kerkbalans’, maar middels een eigen brief aan de leden in november. Vanaf november 2012 zullen ook de leden van de voormalige Hervormde Gemeente Irnsum deze brief ontvangen. In Raerd-Poppenwier heeft bovengenoemd beleid de laatste jaren geleid tot een stijging van ongeveer 25% van de inkomsten uit deze bron (werkplan 7.1 en 7.2).

We verwachten ook dat de verkoop van het  kerkgebouw van de voormalige Hervormde Gemeente van Jirnsum extra inkomsten zal genereren. Het is de bedoeling om het gebouw met de inventaris van de hand te doen. Is de opbrengst hoog genoeg, dan zou gepacht land gekocht kunnen worden, waardoor de jaarlijkse structurele inkomsten zullen toenemen.

Voor het onderhoud van de Laurentiuskerk zou na de restauratie een aparte stichting opgericht kunnen worden, die voor haar activiteiten een breder draagvlak zal moeten hebben dan alleen de kerkelijke gemeenschap (werkplan 7.14).

 

2.4 Samenwerking
Op dit moment maken we, zoals gezegd, deel uit van een combinatie met Huins, Leons, Mantgum en Deersum. Ingwert draagt voor 38% bij aan de kosten van deze combinatie. Dat maakt het mogelijk om gezamenlijk een (deeltijd)predikant in dienst te hebben en andere zaken gemeenschappelijk te regelen. Voor het grootste deel echter opereert de Protestantse Gemeente Ingwert, net zoals alle leden van de combinatie, toch vooral zelfstandig. Van een federatie of fusie is in de nabije toekomst geen sprake meer.

Inmiddels is wel duidelijk dat een paar gemeenten binnen de combinatie langzamerhand hun vrijzinnige identiteit aan het verliezen zijn. Dit gebeurt door ontwikkelingen binnen de PKN, waardoor ook leden uit andere richtingen actief deel gaan uitmaken van de betreffende kerkelijke gemeenten.

Een andere vorm van samenwerking is begin 2009 ontstaan, doordat predikant Gerard Knol een halve baan aanvaard heeft in de buurgemeente Reduzum c.a.. Dit heeft tot gevolg gehad dat de kerkdiensten op hoogtijdagen verdeeld moeten worden over twee kerkelijke gemeenten: de combinatie en Reduzum c.a.. Dat betekent dat er op Eerste Kerstdag, Witte Donderdag, Goede Vrijdag, Pasen en Pinksteren alleen gezamenlijke diensten worden gehouden. Het lijkt er niet op dat dit aantal in de nabije toekomst uitgebreid zal worden, daar Reduzum ook nauwe contacten met de Protestantse Gemeente Wartengahe onderhoudt.

Viermaal per seizoen wordt er in de bovenzaal van het café van Reduzum een film gedraaid met de mogelijkheid van nagesprek. Deze ‘Film van betekenis’ wordt door de predikant uitgekozen en vertoond. We brengen deze activiteit ook nadrukkelijk onder de aandacht van de leden van Ingwert.

We betreuren het dat Reduzum c.a. na een proefperiode van twee jaar besloten heeft niet langer een aandeel te hebben in de website ‘ruimgeloven’, waarmee we ons op een groter publiek dan alleen onze kerkelijke gemeente richten. We hopen dat ze op dit punt hun standpunt nog eens zullen herzien (werkplan 7.9).

In ons vorige beleidsplan hadden we ook nog verwachtingen van samenwerking met de kerken die ressorteren onder Westerwird: Jorwert, Jellum, Bears en Weidum. Het vertrek van de vrijzinnige predikant aldaar en het inslaan van een nieuwe koers (de intentie om in Jorwert een ‘Nijkleaster’ te stichten) zijn er echter de oorzaak van dat samenwerking met deze kerkelijke gemeente op geen enkele wijze gestalte heeft gekregen.

Wel is het zo, dat de vaste organist van Reduzum lid is van onze kerkelijke gemeente en ook één zondag per maand een dienst in de Westerwird begeleidt. Bovendien leidt hij een gespreksgroep in Reduzum, die eenmaal in de zes weken bij elkaar komt. Deze situaties zorgen ervoor dat we wel redelijk op de hoogte zijn van wat er in onze buurgemeenten gebeurt.

Tenslotte moet hier ook de oecumenisch kerstsamenzang in Jirnsum genoemd worden, waarin we samenwerken met de rooms-katholieke parochie aldaar.

Op een iets breder gebied zou wat meer samenwerking wel wenselijk kunnen zijn. We leven in een tijd waarin gelovig zijn en zich betrokken voelen bij een kerkelijke gemeenschap geen vanzelfsprekendheid zijn, maar waarin tegelijk een grote belangstelling bestaat voor spiritualiteit. Velen zijn wars van dogmatische geloofsopvattingen. Niet zelden zijn deze zelfs reden waarom ze in het verleden met kerk en misschien ook geloof gebroken hebben. We denken dat er door de toenemende interesse voor het spirituele juist belangstelling is voor open gemeenschappen als de onze, waarbinnen over onze rol als mens in deze wereld nagedacht wordt, zonder door de dogmatiek gekleurde opvattingen als vaststaand gegeven aan te nemen.  We kunnen ons op dat punt naar buiten toe wel wat meer profileren. Dat zouden we met de hele combinatie kunnen doen, maar het kan nog breder. Daarbij zouden we kunnen denken aan samenwerking met het Frysk Oecumenisch Wurkferbân.

 

3. KERKENRAAD EN PASTORAAT

Een aantal zaken die hier ter sprake komen, is in het voorgaande ook al kort aan de orde geweest. Ze vloeien namelijk voort uit het karakter van onze gemeente en de visie die we op ons gemeentezijn hebben. Het heeft gevolgen voor de rol van  de predikant, ouderlingen, diakenen, kerkrentmeesters en gemeenteleden.

3.1 De predikant
Als combinatie hebben we een predikant in dienst, die een betrekkingsomvang heeft van een halve baan. Voor Ingwert heeft hij ongeveer één dag per week tot zijn beschikking. Deze tijd gaat vrijwel helemaal op aan de kerkdiensten en de voorbereiding daarvan, gespreksgroepen, vergaderingen en andere regelmatig terugkerende activiteiten. Daarvan zijn er een paar die niet bij de predikant thuishoren, maar die hij uitvoert omdat de afzonderlijke leden van de combinatie te weinig mankracht hebben om ze zelf te verrichten. Daar bij kan gedacht worden aan het verzamelen van de kopij voor het kerkblad en het maken en laten vermenigvuldigen van liturgieën. Tijd om structureel gemeenteleden te bezoeken is er daardoor wat minder.

3.2 De ouderlingen
De belangrijkste taak van de ouderlingen is het bezoeken van personen in het dorp, die een (bloemen)groet van de gemeente ontvangen. Dat kan naar aanleiding zijn van geboorte, huwelijk, ziekte en overlijden. Verder hebben de ouderlingen een duidelijke rol in de voorbereiding van speciale activiteiten in het kerkgebouw (kerstnachtdienst, vergaderingen, etc.). Voor diepgaande pastorale gesprekken achten ze zich minder capabel. Zowel de ouderlingen als de hierna te bespreken diakenen streven ernaar in hun functioneren de openheid van de kerkelijke gemeenschap duidelijk uit te dragen.

3.3 De diakenen
Uit het gebied dat de kerkelijke gemeente Ingwert bestrijkt, komen geen concrete verzoeken om financiële hulp. Dat betekent dat de diakenen bepalen aan welke regionale, provinciale en soms ook landelijke doelen de opbrengst van de zondagse collecte en andere bronnen (opbrengst uit bezit) besteed wordt. Uiteraard worden ook de jaarlijks verplichte quota aan de landelijke kerk afgedragen. In bijzondere situaties kunnen de diakenen besluiten de collecte voor een speciaal doel te bestemmen, dat op dat moment dringend behoefte aan geld heeft. Zo is er tijdens de kerstnachtdienst van 2008 gecollecteerd voor ‘De Schuilplaats’ in Sneek en tijdens de kerstnachtdienst van 2010 voor het Thomashuis in Jirnsum.

3.4 De kerkrentmeesters
De kerkrentmeesters houden zich hoofdzakelijk bezig met de financiële zaken. De dagelijkse boekhouding wordt overgelaten aan een speciaal daarvoor gevraagde vrijwilliger, die voor zijn inspanningen een vergoeding ontvangt. Een groot deel van de tijd van de kerkrentmeesters wordt op dit moment opgeslokt door de financiële afronding van de restauratie van de Laurentiuskerk en de herbestemming van het voormalige kerkgebouw van de Hervormde Gemeente Jirnsum.

3.5 De gemeenteleden
Op dit moment wordt er door gemeenteleden vooral vrijwilligerswerk verricht in relatie tot de kerkdienst, vergaderingen en bijzondere activiteiten. Van alle drie activiteiten een voorbeeld: – kerkdienst: de organist, het opzetten van de kerstboom; – vergaderingen: het zetten en schenken van koffie; – bijzondere activiteiten: het optreden van gastheer/-vrouw tijdens kerkopenstelling voor toeristen, deelname aan het kerstkoor (werkplan 7.4 en 7.5).
Op pastoraal gebied wordt in Ingwert ook vrijwilligerswerk verricht. Dit wordt door zowel ouderlingen, diakenen als niet-ambtsdragers gedaan.
Alle kerkenraadsleden treden met hun partner volgens een van tevoren opgesteld rooster op als koster en zijn dan ook verantwoordelijk voor het schoonmaken van de kerk.
Bijzonder is dat er ook vrijwilligerswerk deels door niet-kerkelijken wordt verricht. Zo kunnen we een beroep doen op een vocaal kwartet, waarvan de leden allemaal uit Raerd afkomstig zijn, voor de medewerking aan speciale vieringen (kerstnachtdienst) of bijzondere activiteiten (Open Monumentendag). Daarnaast zijn er dorpsgenoten bereid om in de zomermaanden op zaterdagmiddag op te treden als gastheer/-vrouw voor bezoekers van de kerk.  Eén niet-kerkelijke inwoner van Raerd maakt nu nog deel uit van het bestuur van de stichting die het geld voor de restauratie bijeenbrengt. Wanneer er voor de instandhouding van het kerkgebouw een nieuwe stichting opgericht zal worden, streven we ernaar om ook dan weer niet-kerkelijken deel te laten uitmaken van het bestuur (werkplan 7.14). Jaarlijks wordt een kerstkoor op de been gebracht, dat meewerkt aan de kerstnachtdienst op 24 december.
Contact met het dorpshuis en plaatselijk belang kan ervoor zorgen dat in samenwerking met hen activiteiten deels in de kerk en deels in het dorpshuis georganiseerd worden.
Juist op deze gebieden liggen mogelijkheden om inwoners van Raerd en omgeving, die niet tot de kerkelijke gemeente behoren, nauwer bij de activiteiten van de kerk te betrekken (werkplan 7.11).

3.6 Gespreksgroepen
Op dit moment zijn er binnen Ingwert twee gespreksgroepen actief. Twee- à driemaal per jaar komt de ouderengroep bij elkaar, die bestaat uit ongeveer twaalf leden. Deze leden zijn afkomstig uit Jirnsum en uit Raerd. De groep bestaat al een groot aantal jaren. De bijeenkomsten worden doorgaans voorbereid door de predikant. De deelnemers kunnen gespreksonderwerpen aandragen. Er wordt dus niet een programma gevolgd: de keuze van de onderwerpen wordt bepaald door voorkeur en actualiteit.

Sinds het najaar van 2010 is er ook gespreksgroep 20-40+ actief. Hier wordt aan deelgenomen door zo’n acht personen uit Raerd. De benaming van de groep verwijst naar de leeftijdscategorie waarbinnen de leden vallen. Ook hier zijn de onderwerpen wisselend: deelnemers dragen ze aan en de predikant bereidt ze voor. De groep komt zo’n zes keer per seizoen bij elkaar.

 

4. FINANCIEN

Het beleidsplan van de Protestantse Gemeente Ingwert voor 2012-2017 is gebaseerd op een jaarlijks sluitende begroting. De verwachting is dat inkomsten van zowel kerkvoogdij als diaconie de komende jaren gelijk zullen blijven. Een groot deel van deze inkomsten worden namelijk verkregen uit pacht en een kleiner deel uit vrijwillige bijdragen en collecten.

 

5. HET KERKGEBOUW

Op dit moment staat dankzij de restauratie van 2009-2012 ons kerkgebouw in het centrum van de belangstelling. Het dateert uit 1815 en is in het bezit van een aantal zeer bijzondere monumenten. Het rococo-interieur dateert uit de tweede helft van de 18e eeuw, de kerk bezit 16e, 17e en 18e eeuwse grafzerken, er hangen drie 18e eeuwse rouwborden en het monument bezit een Hillebrand-orgel uit 1816.
Dit gebouw is volledig gerestaureerd en gerenoveerd. Het is aangepast aan de eisen van de tijd. Daarmee zijn de gebruiksmogelijkheden drastisch vergroot. Op dat laatste zullen we hieronder wat dieper ingaan.

Allereerst is het gebouw geschikt geworden voor verschillende vormen van eredienst. Er kunnen ‘gewone’ diensten in de banken gehouden worden, waarbij de predikant een groot deel van de dienst gebruik maakt van de kansel. We hebben inmiddels ervaren dat de geringere fysieke afstand tot de kansel bijdraagt tot een grotere betrokkenheid van de kerkgangers bij het liturgisch gebeuren. Het verbeterde zitcomfort van de banken heeft hierop ook een positief effect. De verstaanbaarheid van de voorganger is sterk verbeterd door de nieuwe geluidsinstallatie. Ook is een dovenversterker met ringleiding geplaatst.

We hebben daarnaast de mogelijkheid om vieringen in het koor te houden. De stoelen staan hierbij in een halve cirkel tegen de lambrisering, hetgeen vooral met een kleine groep mensen een intimiteit oplevert, die in de banken minder snel bereikt kan worden. De ‘koorvieringen’ waarin ook brood en wijn gedeeld worden, vormen een mooie afwisseling met de gewone diensten en blijken in een behoefte te voorzien.

Naast de twee genoemde vormen van eredienst biedt de ruimte ook mogelijkheden voor andere opstellingen, als de situatie daarom vraagt.

Doordat de houten vloer bij de restauratie is vervangen door een stenen vloer is de akoestiek van de kerk sterk verbeterd. Dat komt niet alleen de gemeentezang en de orgelmuziek ten goede, maar biedt ook mogelijkheden voor concerten en andere culturele programma’s, waarin muziek een belangrijke rol speelt. De verstaanbaarheid van het gesproken woord is sterk verbeterd door de hierboven al genoemde geluidsinstallatie. We streven ernaar programma’s te organiseren, waarbij ‘diepgang’ een sleutelwoord is. Programma’s met een boodschap, is het streven. Deze boodschap hoeft uiteraard niet beslist religieus te zijn (werkplan 7.10).

We zouden het toejuichen als dorpsgenoten meer gebruik zouden maken van het kerkgebouw voor privé-bijeenkomsten, zoals huwelijken, begrafenissen, crematies en andere herdenkingsbijeenkomsten (werkplan 7.12).

De multifunctionaliteit van het gebouw maakt het ook mogelijk om in samenwerking met het dorpshuis onderdak te verlenen aan symposia, congressen, activiteiten door derden etc.. Dit zal gepromoot moeten worden (werkplan 7.11).

 

6. DE EREDIENST

Na de restauratie is in het kerkgebouw de intieme sfeer teruggekeerd, die nodig is voor een goed contact tussen voorganger en gemeenteleden tijdens de eredienst.

De predikant heeft een grote invloed op de vormgeving van de dienst en een grote rol bij de uitvoering ervan. Maar ook gemeenteleden kunnen een substantiële bijdrage leveren aan de invulling van de zondagse en andere diensten. Sinds anderhalf jaar hebben de diensten die op de vierde zondag van de maand gehouden worden, het karakter van een agapè-viering. De hele liturgie  wordt opgesteld door een gemeentelid, dat hiervoor de juiste capaciteiten en opleiding heeft. Voor de gebeden en de preek is de (gast)voorganger verantwoordelijk. Verschillende onderdelen worden in wisselspraak gedaan, kaarsen worden tijdens de viering ontstoken, de dienst begint en eindigt met muziek, die dus deel uitmaakt van de liturgie, we delen brood en wijn etc.. Deze 11-uursdiensten worden gehouden in het koor van de kerk. Opmerkingen na afloop van de vieringen en een tussentijdse evaluatie hebben aangetoond dat genoemde opzet door de kerkgangers als zeer positief ervaren wordt. Belangrijk hierbij is overigens ook de enthousiaste en creatieve inzet van de organiste en haar partner.

De diensten op de tweede zondag van de maand, die om half tien beginnen, worden gehouden in het schip van de kerk. Deze diensten zijn wat traditioneler van opzet. Wel is het zo dat met enige regelmaat nieuwe liederen uit Tussentijds/Tuskentiden gezongen worden. Na afloop van deze diensten drinken we gezamenlijk koffie.

We streven ernaar de rol van gemeenteleden tijdens de eredienst nog iets te vergroten (werkplan 7.3). Dat zou onder andere kunnen door een aantal onderdelen van de dienst in wisselspraak te doen, door ook tijdens het aanvangslied te gaan staan en door lezingen en/of gebeden door gemeenteleden te laten uitspreken.

Door meer in de publiciteit te treden als gemeente met haar eigen specifieke kleur kan het aantal kerkgangers wat toenemen. Dat kan een positieve invloed hebben op hoe men de kerkdienst beleeft: hoe meer zielen, des te meer vreugd.

Er blijft behoefte bestaan aan liederen met meer eigentijdse teksten.

Met enige regelmaat worden diensten geheel in het Fries gehouden.

Met de aanstelling van een nieuwe organiste in de zomer van 2006 is de kwaliteit van de kerkmuziek sterk verbeterd. Op dit terrein hebben we voorlopig geen wensen.

 

7. DE ROL VAN DE KERK IN HET DORP

Op dit moment heeft de kerk alleen een duidelijke functie voor degenen die er lid van zijn. De vraag is of er mogelijkheden zijn om niet-kerkelijken toch iets te bieden. Te denken valt aan een niet-kerkelijke gespreksgroep over actuele thema’s op maatschappelijk of levensbeschouwelijk gebied. Ook een mogelijkheid is een gespreksgroep over rouwverwerking. Een andere optie is een cursus ‘Bijbelse basiskennis’. We kunnen zoeken naar andere vormen dan ‘de kerkdienst’, bijvoorbeeld lezingen, waardoor ook mensen die geen lid van de Protestantse Gemeente Ingwert zijn, zich toch aangesproken kunnen voelen (werkplan 7.6 en 7.7 ).

Ook bij een 4 mei-herdenking zou de kerk een rol kunnen spelen (werkplan 7.8).

Er zouden jaarlijks enkele concerten in de kerk gehouden kunnen worden, die op enige wijze een relatie met kerk en geloven hebben (werkplan 7.10).

We streven ernaar om structurele afspraken te maken met de basisschool over lessen in en over de kerk (werkplan 7.13).

 

8. WERKPLAN

In dit laatste hoofdstuk komen we met een aantal concrete ideeën die we op korte termijn zouden kunnen realiseren zonder al te veel extra kosten. Het betreft hier vooral zaken die in het huidige gebouw of zelfs juist door de toestand van het gebouw te realiseren zijn.
Het gaat er niet om zaken drastisch op hun kop te zetten. Streven is om zaken die goed lopen, verder uit te bouwen, en gewenste ontwikkelingen een start te geven.

8.1 Begin 2012 zal na samenvoeging van de ledenbestanden van de voormalige hervormde gemeenten een actualisering van het bestand van Jirnsum plaatsvinden. Voor het versturen van de brief i.v.m. de jaarlijkse vrijwillige bijdrage in november moet ook het bestand van Jirnsum up to date zijn;

8.2 We proberen duidelijk oog te hebben voor niet-leden in de buitengebieden Flansum en Abbenwier. Ook zij krijgen met Kerst een kerkblad en ontvangen een attentie bij geboorte of thuiskomen uit het ziekenhuis. Bij overlijden sturen we ook hier een condoleancekaart. De enige in Jirnsum wonende ambtsdrager heeft hier een spilfunctie;

8.3 Het vergroten van het aantal kerkgangers heeft niet onze prioriteit, maar wel onze aandacht. We proberen de kerkdiensten zodanig in te richten dat iedereen zich er thuis- en actief bij betrokken voelt. Dat betekent dat we ernaar streven verantwoorde eigentijdse liederen in de liturgie te gebruiken en incidenteel de aanwezigen in de viering een actieve rol te geven, zoals het lezen van een schriftgedeelte of het uitspreken van gebeden;

8.4 We streven ernaar jaarlijks voor de kerstnachtdienst een koor op de been te brengen, waaraan  door zowel kerkelijk betrokkenen als niet-betrokkenen wordt deelgenomen;

8.5 Betrokkenheid van niet-kerkelijke dorpsgenoten trachten we in elk geval in stand te houden en zo mogelijk te vergroten, door hen te betrekken bij de kerkopenstelling op de zaterdagmiddagen in de zomer;

8.6 We blijven nadenken over een lezingencyclus (‘Laurentiuslezingen’), al dan niet in samenwerking met Reduzum c.a.. We denken daarbij aan maatschappelijke of culturele onderwerpen die op een of andere wijze met een christelijke levensbeschouwing in verband gebracht kunnen worden: Artsen zonder Grenzen, It Fryske Gea, politieke onderwerpen, (christelijke) kunst etc.. De locatie voor deze lezingen is de Laurentiuskerk of het dorpshuis;

8.7 We staan open voor signalen uit de lokale samenleving, die aanleiding zouden kunnen vormen voor het opstarten van een gespreksgroep voor niet-kerkelijken over een door hen aangedragen onderwerp. Deze gespreksgroep hoeft niet beslist door de predikant geleid te worden;

8.8 In 2012 of 2013 willen we als kerk ook een rol gaan spelen bij de 4 mei- herdenking. Daarvoor zal contact met de school en plaatselijk belang gezocht worden;

8.9 We streven naar een wat verder gaande samenwerking met de buurgemeente Reduzum c.a. op het gebied van gezamenlijke kerkdiensten en activiteiten buiten de kerkdiensten, zoals het vertonen van films en het houden van lezingen. Ook hopen we dat Reduzum c.a. toch weer deel gaat nemen aan het onderhouden van de website www.ruimgeloven.nl;

8.10 Als kerk willen we ook activiteiten buiten de kerkdiensten in ons gebouw organiseren. We denken daarbij aan concerten, exposities, culturele programma’s met een combinatie van muziek en gesproken woord. ‘Diepgang’ is hier een kernbegrip, al realiseren we ons dat dat rekbaar is;

8.11 Nu de Laurentiuskerk gerestaureerd is, is het gebouw ook beter geschikt voor andere activiteiten dan kerkdiensten. Met plaatselijk belang en dorpshuis zal contact gezocht worden met het oog op gezamenlijke exploitatie van dorpshuis en kerk. We denken daarbij aan symposia, prijsuitreikingen, congressen etc..

8.12 In het dorp en daarbuiten zal de kerk als gebouw gepromoot worden voor privé-bijeenkomsten zoals trouw-, begrafenis- en herdenkingsplechtigheden;

8.13 De basisschool kan voor kerstvieringen etc. gebruik van de kerk maken. Ook willen we lessen (geschiedenis, tekenen, muziek) over het kerkgebouw ontwikkelen;

8.14 Voor het onderhoud van het kerkgebouw zou de stichting die nu het geld voor de restauratie bijeen probeert te brengen, een belangrijke rol kunnen spelen. Een aparte groep ‘Vrienden van de Laurentiuskerk” zou in het leven geroepen kunnen worden. Donateurs zijn er zeker van dat hun bijdrage alleen aan onderhoud van het kerkgebouw wordt besteed. Uitgezocht moet worden of hier sprake moet zijn van een aparte stichting of van een aparte rekening van het College van Kerkrentmeesters.