door Liesbet Geijlvoet
Er zijn beelden die je bijblijven. Deze zomer reisden we door het noorden. We deden veel indrukwekkende ervaringen op. Ik zie de beelden nog voor me van watervallen en meren langs bergen en fjorden. Maar hoe meer we weer naar het zuiden afzakten, hoe minder water we zagen. Totdat ik besefte dat in het zuiden de rivieren amper water bevatten.
Op het NOS-nieuws, dat ik af en toe opende om het nieuws te volgen, viel mijn oog op een foto van een rivier in Duitsland. Het water stond zo laag dat er een tekst op een steen te lezen viel. Het was een Hongersteen, zei de journalist. Nog nooit had ik daarvan gehoord, een Hongersteen. Deze foto bleef mij ook bij. Vertaald staat erop de steen, ‘Als je mij ziet, ween dan; 1616’. Nou schijnt er veel over de echtheid van deze steen te zeggen te zijn, van al zulke stenen. Maar het gebrek aan regen in onze tijd, dat de lage waterstand in ook deze rivier veroorzaakte, is wel iets om over na te denken. Droge jaren brengen minder oogst en hogere prijzen. Droogte brengt bosbranden en verzakking van de grond. Anderzijds brengen natte jaren natuurlijk ook veel problemen, zoals overstromingen en ondergelopen akkers. Beide brengen in de wereld rampspoed over de bevolking en ziekte door gebrek en mensen die op drift raken.
We zijn als mensen vaak bang voor wat ons zou kunnen overkomen. Onze angst om het bestaan maakt dat we ons leven zoveel mogelijk inrichten om risico’s te beperken. Zo oud als de oude Egyptenaren zijn de graanschuren met voorraden voor slechte jaren. Daarover heeft de bijbel verhalen bewaard in de vorm van een familiekroniek van een man die Jozef heette. Deze Jozef waarschuwde de Farao voor een hongersnood en liet hem schuren bouwen. Zo voedde Egypte daarna landen en volkeren om hen heen en hielp zo vele mensen overleven. Maar het vermogen van mensen om oplossingen te bedenken voor gevaren die ons bestaan bedreigen, kan ons ook overheersen. Dan slaan we zoveel rijkdom om ons heen op dat we niet meer weten wat we met de spullen moeten doen. Terwijl we tegelijkertijd niet meer willen delen met mensen die deze rijkdom niet hebben. Ons consumentengedrag is daar vast een uiting van.
Iedere tijd heeft zijn eigen uitdagingen. We zullen als mensheid daar samen uit moeten komen. Als het zo is dat er een god is die mensen ooit geschapen heeft, was het vast de bedoeling dat we ons verstand gebruiken en ook om met elkaar de oplossingen te vinden.
De Hongersteen komt vaak als beeld bij mij boven bij de berichten van zomer 2022. Het zet mij aan het denken over sociale vraagstukken en milieuvragen. Ik weet niet of hierin de kerk een ander geluid laat horen dan anderen in onze maatschappij. We staan hierin met elkaar voor de uitdagingen van onze tijd. Makkelijke antwoorden lijken er niet te zijn. Maar wel laat de kerk zich steeds herinneren aan de opdracht van de mens om te denken aan diegenen die als eerste slachtoffer zullen zijn van slechte tijden. Hierin willen we als kerk, dorpskerk of landelijke kerk, wereldkerken, ons laten bevragen of we de mensen die het meest kwetsbaar zijn, wel meenemen in ons denken en voelen en handelen. Een kerk wil daarin meer zijn dan een stapel mooie oude stenen met een klok. We laten de oude verhalen ons toespreken met stemmen van voorbij, met de herinnering aan andere tijden met eigen problemen. Maar wel als stem uit het verleden die ons oproept om opmerkzaam te zijn voor wat er in de wereld plaatsvindt. En ons bij de les houdt bij onze sociale opdracht als gemeenschap.
Een afbeelding van de steen is te zien op https://nieuwsnl.news/door-droogte-geteisterde-rivier-de-elbe-onthult-hongerstenen-uit-1616/